Inhoudsopgave
De handleiding KOMAS/Windows is onderverdeeld in een aantal hoofdstukken. Ieder hoofdstuk bespreekt een aantal samenhangende onderwerpen.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Externe interfaces
KOMAS kan ook met een aantal externe partijen communiceren. Hiertoe zijn er interfaces gebouwd tussen KOMAS en de betreffende externe partij. De mogelijkheden daarvan worden hieronder beschreven.
|
|
Inlezen elektronische dagafschriften alle bedrijven
Als onderdeel van een pakket voor elektronisch bankieren van een bank wordt ook de mogelijkheid geboden om de dagafschriften te exporteren in een gestandardiseerd formaat. Deze dagafschriften kunnen dan in KOMAS worden geïmporteerd en met de functie 1100 Boekingen worden verwerkt. Voordeel van deze werkwijze is, dat KOMAS aan de hand van de informatie in het elektronisch dagafschrift de meeste rubrieken al kan vullen. De gebruiker hoeft slechts in enkele gevallen nog wat informatie aan te vullen.
Indien KOMAS wordt gebruikt voor de administratie van meerdere bedrijven kunnen met deze functie de afschriften van alle bedrijven gelijktijdig worden ingelezen. Dan hoeven niet voor ieder bedrijf afzonderlijk de elektronische afschriften te worden ingelezen. Aan de hand van het banknummer weet KOMAS bij welk bedrijf de rekening hoort.
Rekeningnummer
Er dient gekozen te worden van welk type bank de afschriften worden ingelezen.
Naam van bestand
Het pad en de naam van het bestand (gezien vanuit de server waarop
KOMAS draait) dient te worden opgegeven.
Normaal gesproken worden de afschriften iedere keer in een bestand met
dezelfde naam geplaatst. In KOMAS hoeft deze naam dan
maar eenmalig te worden opgegeven. KOMAS onthoudt de gekozen naam.
Inlezen
Alleen de informatie van rekeningen die in KOMAS worden beheerd worden
uit het bestand gelezen. Mocht er ook van andere bankrekeningen
informatie in het bestand staan, dan zal die informatie blijven bestaan.
Ook wordt alleen maar informatie ingelezen van posten die
vóór de uiterste boekdatum in KOMAS liggen.
Latere posten worden teruggeschreven in het bestand om later te worden
ingelezen.
Indien het bestand na het inlezen 'leeg' is wordt het bestand verwijderd.